Willems column: Lief en knuffelbaar!
De voorspellingen zijn duidelijk. Zaterdag 7 maart 2015 maakt deel uit van dit Lente weekeinde. De buienactiviteit van de afgelopen weken is gestopt. Het is droog en er is nog drogere lucht onderweg en daar gaan wij vanmorgen van profiteren. Ook de zon kan er zich nog mee gaan bemoeien en dat zal aan de temperatuur direct te merken zijn. Tropisch zal het zeker niet worden. Hoger dan 13 graden zal de meter niet komen. De wind is afgezwakt en is bijgedraaid naar het veel warmere westen en dat moeten we deze morgen gaan merken. We starten om half acht met een temperatuur van slechts 3 graden. De voorspelling voor vandaag, een maximum van 13 graden, gaan we zo te voelen niet halen, maar het is wel fantastisch loopweer.
De weervoorspellers zijn, zoals wel vaker, weer een beetje in de war. Marjolijn gelukkig niet. Het is half acht en zij dirigeert de groep 9.5 naar het fietspad. Een volgende uitdaging staat voor de deur, vandaag 31 kilometers. We zitten weer in de opbouw, dus het aantal kilometers gaat weer gestaag omhoog. Het is weer een fikse uitdaging.
De overige loopsters en lopers verzamelen zich bij baan 7. De training is vandaag niet zo goed bezet. De basisgroep is compleet afwezig en ook bij andere groepen ontbreekt er hier en daar nog wel iemand. In totaal toch nog 19 deelnemers.
Marjolijn, als vervangster van Evert, die een trainerscursus volgt, heeft alle groepen in beweging gezet. Annelies en ik genieten nog even van een kop thee en vertrekken daarna ook in de richting van de eerste verzorgingspost.
We hebben deze verzorgingspost ingericht op de Bredasebaan. We staan op een open plek en de gure wind waait ons zurig om de oren. De thermometer geeft 4 graden aan, maar de gevoelstemperatuur ligt behoorlijk onder nul. Het is echt gruwelijk koud, maar we doen het voor een goede zaak zullen we maar zeggen.
Groep 9.5, Annemarie van L., Gita, Paul en Jan onder aanvoering van Hannie, nadert de verzorgingspost. Iedereen krijgt haar of zijn bekertje warme thee. Met smaak en genoegen nemen zij de vloeistof tot zich. Ze zijn nog nauwelijks getekend door de afstand. Desgevraagd geven zij ook aan dat het tot nu toe vrij eenvoudig is vol te houden.
Verbaasd worden wij opgeschrikt door een naderend tweetal. Het ritme van dit bijzondere duo, ‘een lach en een traan’, is voor vijftig procent onregelmatig, vermoeid en schokkerig. Onder begeleiding van Ger R. komt hij aangelopen met een van pijn vertrokken gezicht. Geen pijn van een blessure, maar pijn van teleurstelling. Zuurstof genoeg in de lucht, maar toch loopt hij naar adem te happen. Het lichaam zegt nee. Hij kan niet meer. De pijp is leeg. Geen energie meer. De benzine is op. Dat kan de beste gebeuren, dus hem zeker. Hij weet zelf ook niet waar die vermoeidheid vandaan komt, van zijn werk kan het in ieder geval niet zijn. Uit privacy belangen zal ik zijn naam niet noemen. “De pijp is echt leeg”, aldus betrokkene. Hij vraagt aan Annelies of hij mee kan rijden met de cateringauto. Annelies zegt direct ja, terwijl ik zelf, in dit specifieke geval, andere opties had willen overwegen. Maar ja, het is haar auto, dus ja dan moet het maar. Hij gaat dus achterin zitten. Dekentje om. Vage glimlach. Zweetdruppeltje op de wang of is het een traantje? Ik krijg er bijna medelijden mee. Ja, inderdaad…..bijna. Hij houdt, aldus eigen zeggen, wijselijk zijn mond. Toch is dit een soort bedwelmende aanwezigheid. Zijn mond brengt geen enkel woord uit, maar zijn ogen spreken boekdelen. Hij had dit avontuur anders willen beëindigen, maar na relatief veel ontberingen heeft hij vandaag zijn eindbestemming al bereikt. Als je lichaam even niet wil is het natuurlijk verstandig om te stoppen, maar in dit geval heb ik wel moeite om dit besluit verstandig te noemen. Het komt dan wellicht op anderen over alsof hij erover nagedacht heeft en dat zal toch zeker niet. De achterklep van de auto staat nog steeds open. Hij hoort Marjolijn klagen over haar kapsel, dat door de wind enigszins door de war is geraakt. “Had ze daar vanochtend nou al die tijd aan besteed?!”, vraagt zij zich vertwijfeld af. Vanuit de auto komt ‘gesmiespel’ naar buiten; ook hij had ’s morgen ontzettend veel tijd gespendeerd aan het in orde brengen van zijn kapsel, maar gelukkig zat het bij hem nog steeds goed. Is bij hem een fascinatie slechts een betovering, waardoor hij niet meer duidelijk waarneemt en registreert of is het iets dat bij hem dieper gaat en verbaast, inspireert, maar vooral intrigeert? Je ziet het; in alles en iedereen zit een verhaal, dat de moeite waard is om verteld te worden.
Groep 9.5 vertrekt weer. Het lange fietspad ligt er uitnodigend bij en snijdt als het ware het bos in tweeën. Je moet hier luisteren naar en genieten van de natuur. Alles ligt buiten voor het oprapen. Je kunt kracht putten uit zoveel moois om je heen. Ze gaan op weg naar Duizel, naar de tweede post, naar Marianne en Rik.
Groep 10.1; Mariska, Harrie en Leo onder leiding van een nieuw koppel Ger V. en Roy. Deze groep weet wat ze aan elkaar hebben. Ze weten dat ze op elkaar aangewezen zijn. Bij deze afstanden kun je je niet meer verschuilen. Ze drinken hun thee, eten een banaan en gaan weer verder. Deze groep stopt nooit lang, deze groep wil altijd door.
Deze week, in verband met het herstel na blessures, een groep 10.8, Leon, Jeroen, Leo onder leiding van Harrie. Ze stralen helemaal, ze lopen met het hart. Puur, simpel en eerlijk. Deze louterende voetreis is voor dit kwartet een peulenschil. Thee gedronken, nog even gelachen en door naar de volgende post.
De 10.5 groep, Pim, Reinier, Hans onder leiding van Marjolijn gaat het ook gemakkelijk af. Het kapsel wordt via de autospiegel weer in orde gemaakt, de thee gedronken en op naar de volgende post. Ze willen natuurlijk de groep van Harrie niet uit het oog verliezen. Uiteindelijk wordt de finish gehaald met een gemiddelde van 10.7. Iets te snel dus. Geen wonder dat je haar in de war raakt.
Dit was de laatste groep bij de eerste post. Vandaag voor ons een makkie. We pakken de spullen weer in en vertrekken ook naar Marianne en Rik. Onze patiënt wil zich enigszins nuttig maken en draagt het mandje naar de binnenplaats bij Rik. De ontvangst daar is zoals altijd weer allerhartelijkst. Overdaad schaadt zegt men, maar vandaag mag het. Thee, water, koekjes, fruit, alles staat klaar voor ons. Er wordt dankbaar gebruik van gemaakt. De groepen volgen elkaar snel op en vertrekken ook weer redelijk snel. Vanaf hier nog een kleine negen kilometers en dat zijn toch van die moeilijke momenten. Je wilt eigenlijk blijven zitten en lekker blijven snoepen, maar je weet ook dat je er nog negen moet. Opstaan dus, benen strekken en weer in galop.
Rik en Marianne worden bedankt voor de goede zorgen. Aan het gezicht van Rik is te zien dat hij dit hele voorbijtrekkende circus toch wel mist.
Ook de nazit is nog heel gezellig, maar uiteindelijk moeten ook wij naar de atletiekbaan. Marianne en Rik nogmaals bedankt en terug naar GVAC. Iedereen is goed aangekomen. Roy zat er aan het einde aardig doorheen, maar ja het is natuurlijk mentaal ook wel zwaar om zo’n groep te begeleiden. Die verantwoording drukt zwaar op de schouders.
De cooling down wordt afgewerkt, lekker douchen en op naar het gebak.
Het gebak is deze week verzorgd door Hannie en (de licht geblesseerde) Annet. Dames ontzettend bedankt en het smaakte voortreffelijk.
Onze patiënt heeft zich als eerste gedoucht en wil zich nog één keer nuttig maken; hij wil graag het gebak snijden. Hij is daar namelijk goed in. Het grote mes vindt zijn weg door de vlaaien en laat stukken achter, waar een volwassen bouwvakker drie weken op vooruit zou kunnen. Je kunt echt alles aan hem over laten, zelfs een groot stuk vlaai eten lukt hem met losse handen. Na deze afstand is zo’n groot stuk vlaai een prima aanvulling op de verbrande calorieën, gemiddeld zo rond de drie duizend. En vrijwel iedereen denkt er zo over en knabbelt een groot stuk vlaai weg.
Iedereen is hem dankbaar voor het betere snijwerk. We hebben geluk dat hij geen chirurg is. Hij kan er mee lachen, hij vertrekt en groet iedereen. Hij huppelt blij naar zijn fiets en rijdt met een tevreden glimlach huiswaarts. De achtergebleven dames zijn het over één ding eens; wat is hij lief en knuffelbaar!
Tot zaterdag, groet Willem.